Vrijheid is in een centrale waarde in de moderne maatschappij. De roep om vrijheid weerklinkt vrijwel iedere dag in de journaals, talkshows en kranten.
Maar wat is vrijheid?
Daar hebben veel filosofen, dichters en schrijvers zich het hoofd over gebroken.
Spinoza was een van de eerst denkers die uitgebreid over vrijheid filosofeerde. Hij stelde dat we alleen dan in vrijheid leven, als we onze aangeboren mogelijkheden vrij kunnen ontplooien. Er zijn talloze belemmeringen voor onze vrijheid zoals de wetten van de natuur, religies en overheden. Daardoor zullen we nooit vrij kunnen zijn.
Volgens Descartes betekent vrijheid niet onbekommerd doen wat je wilt. Vrij zijn betekent juist dat je je bevrijdt van je eigen gevoelens voor zover die verkeerd zijn. Vrijheid begint met een zelfonderzoek en een fundamenteel wantrouwen van al je ideeën. Vrijheid is volgens Descartes een staat die je kunt bereiken door je gedachten te zuiveren, het is een staat die je kunt bereiken.
Vrijheid betekent bij Kant: autonomie, letterlijk: zelf-wetgeving. De mens handelt moreel wanneer hij handelt overeenkomstig de morele wet die hij zelf in zich draagt: de categorische imperatief. Populair gezegd: Wat gij niet wilt wat u geschiedt, doe dat ook een ander niet! Vrijheid gaat volgens Kant hand in hand met verantwoordelijkheid!
Janis Joplin had in de jaren ‘60 een hit met “Me and Bobby McGee” geschreven door Kris Kristofferson waarvan vooral het zinnetje “freedom is just another word for nothing else to lose” beroemd werd. Kris Kristofferson zegt daarover dat hij probeerde aan te tonen dat vrijheid twee kanten kan hebben. Een mens kan vrij zijn, maar die vrijheid kan ook erg pijnlijk zijn omdat je wel vrij bent, maar verder alles verloren hebt.
Zoals Bob Dylan schreef en zong “When you have nothing, you have nothing to lose”.
Mijn denkbeeld.
Voor mij komt is het categorisch imperatief van Kant de beste optie, al moeten we de filosofie van Spinoza steeds in gedachten houden. Onze vrijheid wordt beperkt door de wetten van de natuur. De natuur en alles wat daarbij hoort, het klimaat, het milieu, mogen niet lijden onder onze vrijheid. En dat geldt ook voor onze medemens en de maatschappij.
Wat te doen met de wetten van religies? Ik heb jaren geleefd onder het juk van het katholicisme waarvan vijf jaar op een internaat. Vooral dat laatste was meer dan voldoende om het juk van de religie af te werpen. De religie ontnam me eerst mijn onschuld en later, toen ik de vrijheden van het leven buiten de muren van het seminarie leerde kennen en het besef kwam dat indoctrinatie verpakt kan worden in gespeelde liefde en verwennerij, mijn geloof in iedere God.
Resten de wetten van de maatschappij. Kunnen we in volstrekte regelvrijheid leven? Kan een maatschappij bestaan zonder regels? Dat zou kunnen als iedereen in staat zou zijn te leven volgens het categorisch imperatief van Kant. Maar dan zou iedereen wel dezelfde morele wet moeten hebben. En juist de laatste jaren zien we dat dit zeker niet het geval is.
Daarom stel ik dat wetten en regels nodig zijn, maar dan alleen de regels die iets regelen wat geregeld moet worden. Een verkeerslicht is alleen nodig op plaatsen waar het verkeer zichzelf niet regelt!
De roep om vrijheid van mensen die tegen de corona maatregelen zijn houdt geen rekening met de verantwoordelijkheid die we hebben ten opzichte van de maatschappij en elkaar en past niet in de voorwaarden waaraan vrijheid moet voldoen. Hoe discutabel de maatregelen ook zijn. Pas als we vanuit een fundamenteel wantrouwen voor onze eigen gedachtes ons brein hebben bevrijdt, zoals Descartes schrijft, kunnen we samen tot een oplossing komen voor de huidige problematiek. Maar ik vrees dat dit een illusie is.
In jaren ’60 met name 1968 en 1969, is de basis gelegd voor de vrijheid die we nu kennen. Het legendarische Woodstock festival werd geopend door Richie Havens die te weinig nummers in zijn repertoire had en ter plekke de legendarische song Freedom improviseerde. Wellicht was dit wel de ultieme vrijheid, los van alles je geest het werk laten doen en zich laten uiten.